Nieuwjaarswens 2017

Soms word je opeens geplaatst voor een situatie die onomkeerbaar is en waar je helemaal niets aan kunt doen. Dan is de enige manier om iets dergelijks een plaats te geven het te delen met anderen en samen een nieuwe situatie te creëren. Die is dan weliswaar geen oplossing voor het ontstane feit en kost ook enige tijd, maar draagt wel het perspectief van iets waardevols in zich.
Bij deze ervaring, die mij in de eerste week van dit nieuwe jaar overviel, moest ik ook denken aan twee interpretaties van dezelfde (kwaliteits)formule:

 

Q = F.T∞ ,

 

qualité, c’est frapper toujours: kwaliteit is voortdurend elkaar verrassen (positief, wel te verstaan) in plaats van: kwaliteit moet als het ware voortdurend afgedwongen worden (frapper in de betekenis van slaan).

Vaak werden we in het vorige jaar en ook meteen al in dit nieuwe jaar – het jaar was nog maar twee uur oud – onaangenaam verrast. Waar gaan we onze energie in steken? In repressie, meer van het oude of in de creatie van een nieuwe situatie, verwachtingsvol en aantrekkelijk?

 

In onze sector gaan we steeds meer de koers verleggen naar samenwerking om een nieuwe orde tussen vrager en aanbieder tot stand te brengen. Dat is goed en vergt de opbouw van vertrouwen. Dat lukt alleen als je bereid bent oude beelden te vervangen door nieuwe en elkaar met andere ogen te zien. Dan is het zaak om niet alleen maar de onmogelijkheden van de ander te zien, maar juist om ons open te stellen voor zijn talenten. Daar kunnen we immers iets mee.

 

Ik wens iedereen veel geluk en voorspoed in dit nieuwe jaar, waaronder het vermogen om elkaar te binden en te boeien, maar dan moet je niet alleen maar zien, maar even de moeite nemen om echt te kijken………………………………………………

Afbeelding bij blog nieuwjaarswens 2017

 

 

De zon breekt door!

Zelden hebben we voor zoveel hete vuren gestaan, en allemaal tegelijk: steunmaatregelen aan Griekenland of Grexit, een dreigend Brexit, de beurs in China op ‘rood’ en de invloed ervan op de wereldeconomie (wie het weet mag het zeggen), oorlog met IS, ontspoorde Jihad-strijders, de stroom vluchtelingen, de opwarming van de aarde, de in haar voegen krakende gezondheidszorg, de vergrijzing van de bevolking, robotisering en werkgelegenheid, het vervagen van normen en waarden, individualisering van de maatschappij. Je zou je bijna nog gaan afvragen wat er nog goed gaat. Alle zijn vraagstukken en zorgen die zo groot zijn dat ze alleen in onderlinge samenwerking kunnen worden opgepakt. En ook zullen worden opgelost c.q. weggenomen, daar vertrouw ik wel op, al zal ons geduld ernstig op de proef worden gesteld.

 

Op een geheel andere schaal, met – gelukkig – een andere impact, zou je met bouwopgaven een parallel kunnen trekken. Ook deze vraagstukken zijn van dien aard dat ze alleen maar in onderlinge samenwerking tot een goed einde kunnen worden gebracht. We komen er eindelijk achter.

 

Steeds meer wordt duidelijk dat het traditionele model van de ‘ijzeren driehoek’ t.w. opdrachtgever, ontwerper en aannemer heeft afgedaan. Het besef is onmiskenbaar groeiende dat de strikte scheiding van taken en verantwoordelijkheden – de opdrachtgever stelt de vraag, de ontwerper bedenkt de technische oplossing, de aannemer voert deze oplossing (en geen andere!) uit – tot suboptimalisaties leidt en inefficiency in de hand werkt. Dat niemand in dit proces echt tevreden is, viel (en valt) af te meten aan de discussies achteraf, al dan niet ‘voor het bankje’.

 

Inmiddels hoor ik binnen de bouwsector ook steeds meer het signaal ‘wij zijn het vechten zat’. Ik vind dit signaal niet alleen zeer hoopgevend, maar ook getuigen van inzicht in het causale verband tussen het traditionele bouwprocesmodel en het direct daarvan af te leiden (schuil)gedrag: de ander heeft het gedaan, ik bemoei me alleen met mijn eigen zaken. Is het vreemd dat men tegen deze achtergrond elkaar het licht in de ogen niet gunt en geen aandacht heeft voor de – gerechtvaardigde – belangen van de ander? Zo is het ook niet verwonderlijk dat men in een dergelijke ‘wereld’ elkaar de waarheid niet zegt omdat men meent een voordeel te kunnen halen – er zijn vluchtroutes genoeg, niemand is immers voor het totaal verantwoordelijk – door vergissingen onder het vloerkleed te schuiven en ze daar ook maar te laten. Dit in de veronderstelling dat niemand de ware toedracht zal kunnen achterhalen. Geen wonder dat we zo weinig geleerd hebben van dit soort processen.

 

De zon breekt door: we komen er – eindelijk – achter dat we er veel beter aan doen om elkaar op te zoeken en samen te gaan werken. Dat is voor alle betrokkenen beter. De opdrachtgever wordt geholpen in zijn vraagformulering, de ontwerper in zijn technische oplossing en de aannemer in zijn risicobeheersing. Samenwerking kan echter geen invulling krijgen door vast te houden aan de eigen traditionele positie, welke gebaseerd is op ‘de ander voorschrijven wat hij moet doen’.

 

Samenwerken houdt meebewegen in met de ander en beweging vraagt om ruimte. Ik zie in de bouwsector steeds meer opdrachtgevers die bereid zijn deze ruimte te bieden. En dit leidt – het kan niet anders – tot andere invullingen van rollen, taken en verantwoordelijkheden. En met deze andere invullingen kan eindelijk bewezen worden dat je die ruimte ook waard bent: je kunt laten zien dat je betrouwbaar bent, vertrouwen kan opeens verdiend worden. Het mooie van dit alles: ieder doet zijn best er iets moois van te maken, de prestatie van de een gaat niet meer ten koste van die van de ander; we maken betere bouwproducten tegen lagere kosten.

 

Ik wens iedereen in welke (werk)relatie dan ook toe dat er wederzijds sprake mag zijn van ruimte en vertrouwen. Ik wens iedereen toe dat zijn/haar talenten zich mogen ontplooien, simpelweg omdat daarvoor ruimte is geboden. Ik wens u allen in deze zin een gelukkig nieuw jaar toe.

High Performance Tendering: werken aan een nieuwe wereld, kom uit die jungle!

Laatst trof ik een opdrachtgever die mij vertelde van zijn kennismakingservaringen met bedrijven uit de bouwsector. Hij keek me daarbij wat vertwijfeld aan, dus nam ik er maar even rustig de tijd voor. Hij vertelde mij dat tal van bedrijven hem ongevraagd benaderden met de ene na de andere fantastische aanbieding. Hij betrapte zich er op dat hij zich steeds afvroeg wat een dergelijk aanbod voor hem zou kunnen betekenen. Het kwam er eigenlijk op neer dat hij zijn huisvestingsafwegingen probeerde te ‘wringen’ in het kader van het aanbod, voor zover hij dat aanbod kon doorgronden. Ik zei hem dat hij moest ophouden met deze zelfkastijding.

 

Op mijn vraag zei hij me dat hij het eigenlijk nog nooit had meegemaakt dat een bouwonderneming bij hem informeerde waar hij behoefte aan had. Kennelijk wisten ze dat al of hadden ze er geen belangstelling voor. Helaas moest ik hem vertellen dat dat niet zo verwonderlijk was.

 

Bedrijven in de bouwsector, legde ik hem uit, zijn gewend te reageren op zeer concrete vraagstellingen van klanten zoals hij. Vanuit hun jarenlange ervaring menen deze ondernemingen inmiddels wel te weten waar behoefte aan is: ze hebben immers jarenlang projecten gemaakt, en als zij het dan nog niet weten…. Dus komen ze met aanbiedingen, want in deze economisch zware tijden is het bekende ‘u vraagt, wij draaien’ niet meer voldoende voor continuïteit in de bedrijfsvoering.

 

Ze realiseren zich daarbij onvoldoende dat deze jarenlange ervaring gebaseerd is op vraagstellingen van gisteren. Er verandert momenteel veel in onze maatschappij en opdrachtgevers kunnen niet meer op de automatische piloot hun organisaties inrichten en faciliteren. Het moet anders, ze moeten denken aan morgen. Maar…. als je vraagt wat je vroeg krijg je wat je kreeg en dat is dus niet meer van deze tijd. Vragers en aanbieders in de bouwsector houden elkaar nog vaak gevangen in een vicieuze cirkel: er komt geen nieuw aanbod omdat er geen andere vraag wordt gesteld en er wordt geen andere vraag gesteld omdat er geen nieuw aanbod komt. Nietzsche wist het al: ieder stelt de vraag waarop men het antwoord al weet. We hebben dus kennelijk de neiging om naar de bekende weg te vragen.

 

Zolang opdrachtgevers denken dat de bouw een jungle is, zullen ze blijven vragen om gidsen en dragers. Zolang bouwopdrachtnemers in hun jungle blijven zitten zullen ze alleen maar van toegevoegde waarde zijn voor opdrachtgevers die om gidsen en dragers vragen. De nood moet hoog zijn om tot het inzicht te komen dat het anders moet. De huidige crisis heeft die noodzaak gecreëerd en is – ondanks alles – in dit opzicht een zegen (geweest?).

 

Er wordt een opleving in de bouwsector voorspeld. Dan is het dus nu tijd om de zaken maar eens op zijn kop te gaan zetten. Er komen weer projecten aan. Voorheen bedacht de bouwopdrachtgever (met behulp van gidsen) zelf zijn meest optimale oplossing en mochten indieners van de scherpste prijzen (de dragers) het project maken. Nu breekt de tijd aan dat de opdrachtgever zijn maximale budget gaat noemen en de partij met de beste oplossing het project mag gaan maken. We zijn toe aan een nieuwe wereld, met nieuwe rollen, dat kan niet anders! Kom uit die jungle!

 

 

Stan Vermeulen              Stichting Roges ( ‘moge u vragen’)

 

 

Waarom betalen voor inefficiency?

In de bouwsector zijn we er onderhand wel uit. De koers – die van integrale bouwopdrachten – lijkt steeds minder aan discussie onderhevig. Geen compromis, maar een richting waar we allemaal echt tevreden over kunnen zijn. We zijn dan ook toe aan het zetten van echte stappen. Hoe sneller hoe beter, want die stappen leveren tijd en geld op. En de sleutel ligt bij u, opdrachtgever.

 

Want, wist u dat:

•             van elke euro die u in traditionele bouwprojecten investeert er € 0,40 niet in het bouwproduct terecht komt, maar nodig is om dit product te maken (productiekosten)?

•             Er werkvormen zijn waarbij van elke euro maar € 0,30 nodig is voor productiekosten?

•             U met deze werkvormen dus per euro meer overhoudt om te kunnen investeren in onder meer duurzaamheid?

•             Deze verbetering absoluut niet ten koste gaat van uw regie van het bouwproces?

•             Het onvermijdelijk is dat – als de bouwsector veel meer op deze nieuwe wijze wordt bevraagd en uitgedaagd – € 0,30 nog verder kan zakken naar € 0,25 of zelfs € 0,20?

•             U dit resultaat alleen kunt bereiken als u een andere, nieuwe bouwvraag stelt?

•             Roges u kan helpen om deze nieuwe vraag succesvol in de markt te zetten?

 

Procesefficiency is geen droom, maar inmiddels realiteit. Weiger voortaan om inefficiency mee te financieren. Het kan beter, en ook op uw project.